NL EN

28 SOCIALE WONINGEN MOLENAKKERS

De Molenakkers heeft de ambitie om een sociale woonwijk te worden met een slimme mix van woonvormen voor verschillende bewoners en diverse woonvormen: groepswoningbouw, individuele eengezinswoningen in een rijwoningtypologie of vrijstaand of appartementen. Ons ontwerp clustert verschillende types tot één vrijstaande woning, midden in het groene perceel, met de tuinen rondom de woning.


Het archetype van de vrijstaande woning met groen omzoomde tuin rondom in de gemeente Retie dient als referentie, maar onder één dak zijn er nu meerdere woonvormen terug te vinden.

Er worden 8 vrijstaande volumes verdeeld over de 3 zones, in elk vrijstaand volume kunnen er telkens 3 tot 4 types geschakeld worden. Er zijn 3 verschillende types ontworpen waarmee men verschillende schakelingen kan aangaan binnen deze volumes. Aangezien per type de basis dezelfde is en de structuur eenvoudig draagt van gevel tot scheimuur, kan men deze basis verschuiven binnen de draagstructuur. Dankzij deze logische interne puzzel binnen de 3 types, zijn er extra schakelingen mogelijk binnen de 8 vrijstaande volumes. Zo worden de gevraagde 28 woningen gerealiseerd in 8 woonclusters met een bemiddelende korrel en maximale doorwaadbaarheid op de vooropgestelde drie zones.
Het uitgangspunt van iedere wooncluster is een heldere, compacte opbouw, binnen een eenvoudig en logisch structureel raster over alle bouwlagen heen. Het plan wordt zo opgesteld dat, hoewel de woningen rug aan rug gegroepeerd worden, alle leefruimten genieten van twee oriëntaties, hierdoor zal geen enkele leefruimte ooit enkel noord georiënteerd zijn. Hiermee wordt het gevoel van ‘een vrijstaande woning’, maximaal contact met de buitenruimte, maximalisatie van licht, lucht en privacy en inbedding in het groen, binnen de krijtlijnen van een compacte en duurzame geconcentreerde woonvorm gerealiseerd. Natuurlijk daglicht, buitenlucht en contact met de natuur garanderen een gezonde woonkwaliteit. Centraal in de cluster en dus op de donkerste plek, bevinden zich de zogenaamde ‘dienende kernen’. De private buitenruimten worden opgevat als ‘buitenkamers’, een verlengde van de leefkamers, zodat maximaal kan worden geprofiteerd van natuurlijke lichtinval. Het zuivere en orthogonale plan garandeert een maximale bemeubelbaarheid door het vermijden van ‘dode hoeken’ en door bijvoorbeeld naast raamopeningen steeds een maat van 60cm (kastbreedte) te garanderen.